Dag 22

Vive le camino! Dubbelaflevering 21+22.

(Vervolg) Een vogel ligt hulpeloos spartelend op zijn rug naast de weg. Zoals ik toen die keer nabij Castres. Al even hulpeloos zoek ik tussen doornige takken en dicht gebladerte naar een toverstokje. De laagvlieger krabbelt recht, hinkt hogerop en tolt weer naar af. Die takken en dat gebladerte horen bij de omheining van een kasteeldomein. Door de toegangspoort wenk ik de vermoedelijke kasteelheer. Hij toont zich meegaand en pakt de lijster - dat zag zijn kennersoog meteen ('singing bird eating grapes') - vakkundig op. Hij zou zich erover ontfermen en bedankte mij. Het genoegen was wederzijds.

Voor een pelgrim zijn alle dagen hetzelfde, behalve zondag. Dat beseft hij 's zondagsmiddags als hij eten, drinken en onderdak nodig heeft. De laatste gîte waarnaar ik bel, hapt toe. Verder dan gehoopt en een paar euro's duurder dan gemiddeld. En terecht.

Een villa bovenop een berg, omringd door bossen. Inclusief professioneel én insectenvrij buitenzwembad, in tegenstelling tot mijn broodje kebab met vlieg van gisteren. Niet twijfelen dus, zwembroek opdiepen. Eerst kregen mijn voeten een whirlpoolmomentje om me daarna gewichtloos te laten drijven. Handen op het achterhoofd en bijna in slaap vallend met alleen mijn neus boven water. Het mag duidelijk zijn: die goede daad bracht me alweer in een hogere staat van verlichting. De lijster leerde me een levensles: wie beide pootjes op de grond kan houden, zal het vele vruchtvolle jaren uitzingen.

Die villa en dat zwembad had ik voor mij alleen. De eigenaarsfamilie reed net weg toen ik aankwam om 14 uur en keerde pas weer om 23 uur. Baden in weelde, heet zoiets. Ze wisten zelfs mijn naam niet. Dat is de camino. Ik werd er week van.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.